De rhododendron verplaatsen doet u het best in het najaar, dan heeft hij niet te lijden onder de droogte en warmte van de zomer. De struik uitsteken met een grote kluit, hij heeft veelfijne worteltjes direct aan de oppervlakte, pas op dat deze tijdens het rhododendron verplaatsen niet stuk gaan. Steek op de nieuwe locatie een niet al te diep plantgat uit, zet de rhododendron daar in en geef hem een flinke emmer water. Maak niet de fout de rhododendron te diep te planten, de struik heeft zuurstofwortels en zal stikken als u hem te diep plant. Dit beetje extra water na het verplanten zal de struik stimuleren sneller nieuwe wortels te maken.
Meststoffen geeft u pas 5 tot 6 maanden nadat u de rhododendon een andere plaats heeft gegeven. De wortels zijn bij het uitsteken onwillekeurig beschadigd en hebben tijd nodig om weer tot zichzelf te komen. Te snel bemesten doet meer kwaad dan goed. Grotere struiken kunt u het best bij het rhododendron verplaatsen eerst flink terugsnoeien zodat de plant het niet te zwaar krijgt. Wanneer u dan toch gaat beginnen met bemesten, kies dan zeker voor een specifieke rhododendron-meststof die geen kalk of andere risicobestanddelen bevat.